“De dag dat ze als ondernemer een ton bij elkaar had verdiend, noemt ze de ergste uit haar leven. Niet lang daarna liet Ellen de Dreu (50) alles wat ze kende los en trok ze in een camper naar Spanje.”
Zo begint het artikel in Flow magazine uit 2018. Het is deel van een groter artikel over mensen die in de natuur werken.
“Jarenlang leerde ik andere ondernemers hoe ze hun bedrijf lucratiever konden maken, hoe ze nóg meer omzet konden behalen. Met succes, want in amper twee jaar had ik zelf als ondernemer honderdduizend euro verdiend. Maar toen ik op mijn bankrekening inlogde, voelde ik geen blijdschap. Wat moest ik nu gaan doen? Nog een ton verdienen? Ik besefte dat ik had toegewerkt naar iets wat me niet gelukkig maakte. Ik zat altijd maar binnen, altijd te werken. Soms wist ik niet eens wat voor weer het die dag was geweest. Er moet méér zijn, voelde ik. Intussen had ik buiten een camper staan, waarmee ik van plan was om in de vakanties te gaan toeren. En elke keer als ik die camper binnenstapte, merkte ik hoe fijn dat voelde. Daarom bedacht ik me: waarom kan ik niet werken en reizen tegelijk? Drie weken later trok ik de deur achter me dicht en ging ik richting Spanje. Klinkt stoer, maar ik was doodsbang. Want als je alles loslaat, wat kom je dan tegen? Tweeënhalf jaar lang heb ik rondgereden, van natuurpark naar natuurpark, totdat ik bij het Zuid-Spaanse Tarifa een plek vond waar ik wilde blijven. Mijn bedrijf is inmiddels verkocht, mijn huis in Nieuwegein opgezegd. Want in de natuur zijn is een levensbehoefte geworden, heb ik gemerkt. Ik heb de afgelopen tijd betere dingen gemaakt dan in al die jaren tussen vier muren.
In de natuur ga je open. Je hebt oogcontact met andere mensen, maakt een praatje, verwondert je over alles wat je ziet. In de stad of op een kantoor ga je daarentegen dicht: je sluit je af voor je omgeving. Dat moet ook wel, met al die prikkels. En dat is slecht voor je creativiteit. Ik coach nu andere ondernemers die worstelen met werkdruk of stress en die wel wat meer vrijheid kunnen gebruiken in hun werk. Hen adviseer ik vaak om af en toe het werk neer te leggen en naar buiten te gaan, of om een dag ergens in de natuur te gaan werken. Als je groen en bomen en vogels ziet, vallen de ideeën vanzelf binnen. En ja, soms is de wifi slecht. Ook weleens fijn.”